Blog

  • Een diefstalverzekering afsluiten: nuttig of allesbehalve?

    Een diefstalverzekering afsluiten, is niet verplicht maar wordt toch aangeraden door verzekeraars. Logisch… Maar ook terecht?

    De diefstalverzekering is een optionele dekking die deel kan uitmaken van de zogenaamde brandverzekering en beschermt de verzekerde tegen diefstal en vandalisme. Ze is van toepassing bij inbraakinklimming, het gebruik van valse, verloren of gestolen sleutels, diefstal na een list enzovoort. De gestolen spullen hoeven trouwens niet van de bewoner zelf te zijn. Ook als er iets van vrienden of bijvoorbeeld een poetshulp wordt ontvreemd, komt de verzekeraar tussen.

    Wat zijn de voorwaarden?

    De woning moet regelmatig bewoond worden. Over het algemeen is een maximale leegstand van 90 nachten per jaar toegestaan. Daarnaast moet de eigenaar zich “als een goede huisvader” over het pand ontfermen, wat in de praktijk betekent dat de deuren op slot moeten, om een voorbeeld te noemen. Soms wordt ook de installatie van een alarmsysteem geëist. Een inbraakdetectiesysteem met het INCERT-label zorgt er doorgaans voor dat je en lagere verzekeringspremie moet betalen.

    Wat zijn de voorwaarden?

    Er zijn uitzonderingen. Sommige diefstalverzekeringen dekken geen diefstal van huisdieren of zaken die demonteerbaar zijn, zoals glas-in-lood ramen en trappen. Ook voorwerpen die zich buiten de woning bevinden, worden in de meeste gevallen niet terugbetaald. Denk maar aan je auto, caravan… Daar bestaan weliswaar andere verzekeringen voor.

    Moet ik ze nu nemen of niet?

    Zoals bij zoveel zaken hangt alles van je persoonlijke situatie af. De locatie van je woning (een inbraakgevoelige buurt of niet?), wat je in huis hebt, hoe oud die spullen zijn en de waarde ervan… Voor veel Belgen is zo’n verzekering alvast niet noodzakelijk: het risico blijft laag en de meeste verzekeraars leggen speciale voorwaarden op en werken met franchises, waardoor je zelfs moet betalen als je net bestolen bent.

  • 3 zaken die je je gootsteen absoluut niet mag aandoen

    Voor wie het nog niet wist: gootstenen zijn geen vuilnisbakken en om ongemakken te vermijden (en het milieu niet meer schade dan nodig aan te richten), moet je je wasbak op een correcte manier gebruiken. Deze 3 slechte gewoonten moet je dus zeker afleren…

    1. Gevaarlijke (vloeibare) producten in de gootsteen

    Het is niet omdat ze vloeibaar zijn dat gevaarlijke producten zoals terpentine in de gootsteen mogen. Waar dan wel? Het containerpark natuurlijk! Jezelf zo’n trips besparen, kan door natuurlijke producten in je keuken te gebruiken. Om bijvoorbeeld potten en ketels te ontkalken, heb je helemaal geen chemicaliën nodig. Een mengsel van witte azijn en bakpoeder is even efficiënt.

    2. Organisch afval in de gootsteen

    Borden moeten worden ontdaan van voedselresten alvorens je ze in de vaatwasser plaatst. Zorg er evenwel voor dat er geen organisch afval, hoe klein ook, in de pijpleidingen terechtkomt. Niet alleen kan die smurrie voor verstoppingen zorgen, ze verstoren ook de waterzuivering in afvalwaterzuiveringsinstallaties. Hetzelfde geldt uiteraard voor kookvetten en andere oliën, zoals frituurolie. Niet doen!

    3. Verkeerd doseren

    Overdrijf niet met gebruik van afwasmiddel. Lees de instructies (indien je op een vaatwasser beroep doet) en volg de aanbevolen dosering zorgvuldig op. Meer product gebruiken dan nodig biedt écht geen beter resultaat en bovendien zal het je op het einde van de rit meer hebben gekost. Logisch. En ecologisch verantwoord is het ook allesbehalve. Gelukkig bestaan tal van wasmiddelen die minder schadelijk zijn dan de conventionele. Kies bij voorkeur voor natuurlijke, fosfaatvrije producten.

  • Minder warm water verbruiken is makkelijker dan je denkt

    Als we het hebben over het verminderen van ons energieverbruik, denken we in de eerste plaats aan minder verwarmen en minder elektriciteit gebruiken. Maar wist je dat je ook gemakkelijk op warm water kan besparen? Wij hebben enkele eenvoudige tips…

    Een gemiddeld Belgisch gezin besteedt jaarlijks tussen 250 en 500 euro aan de verwarming van huishoudelijk water. Dat bedrag kan relatief gemakkelijk naar omlaag en dit zonder er al te zware investeringen voor te doen.

    Kies voor een boiler

    Idealiter verwarm je huishoudelijk water met een boiler, wat zuiniger is dan met een conventionele elektrische ketel. In ieder geval is het belangrijk om een warmwatertank te kiezen die aangepast is aan je behoeften. Is deze te groot, dan leidt dit snel tot overconsumptie. Nog een belangrijk punt: zorg ervoor dat je verwarmingssysteem regelmatig wordt onderhouden. Een eenvoudige ophoping van kalk kan je elektriciteitsverbruik aanzienlijk doen stijgen.

    Isoleren en lekken detecteren

    Om verspilling van energie tegen te gaan, moet je de warmwaterleidingen isoleren en al zeker in onverwarmde ruimtes. Zo’n isolatie is zeer makkelijk te plaatsen en kost haast niets. Bovendien worden lekken zo sneller gedetecteerd. Als je weet dat een druppende kraan alleen al ongeveer 4 liter water per uur morst…

    Minder lang douchen…

    De rest van onze tips liggen voor de hand: minder lang douchen, een zuinige douchekop installeren, een zuinige kraan…

    … en een vaatwasser kopen!

    Een vaatwasser gebruiken (die geen warm water gebruikt maar het zelf opwarmt) is ook voordeliger dan zelfs schrobben en de warme kraan te laten lopen.

  • Is er nog een bijlage nodig aan je huurcontract?

    Bij het (ver-)huren van een woning of appartement waarin de huurder zijn hoofdverblijfplaats heeft moest er vroeger een verplichte bijlage aan het huurcontract gevoegd worden. Maar is dat nu ook nog het geval? Met welke spelregels moet je voortaan rekening houden?

    Vlaanderen

    Als de verhuurde woning in Vlaanderen gelegen is, is het sinds 1 januari 2019 niet meer nodig om een bijlage aan het huurcontract te voegen. Men wilde immers papierverspilling vermijden. Het volstaat dat er in het huurcontract wordt verwezen naar  de ‘vulgariserende toelichting’ die online terug te vinden is. Hiertoe kan bv. volgende zin in het huurcontract worden opgenomen : ‘de verhuurder wijst de huurder er op dat een vulgariserende toelichting met enkele belangrijke onderdelen van het woninghuurrecht terug te vinden is op de website www.woninghuur.vlaanderen/vulgariserendetoelichtinghoofdverblijfplaats.’

    Wallonië

    Is  het huurpand gelegen in het Waalse gewest, dan gelden er andere regels. In dat geval is het wel nog nodig om een bijlage te voegen aan het huurcontract. Deze verplichte bijlage vind je terug op de website http://lampspw.wallonie.be/dgo4/site_logement/bail/theme/9.

    En in Brussel?

    Voor huurwoningen die gelegen zijn in het Brusselse gewest moeten alle huurcontracten ook een toelichtende bijlage bevatten. In deze bijlage krijgen huurder en verhuurder meer uitleg over de wederzijdse rechten en plichten. Je vindt deze bijlage terug op de website https://huisvesting.brussels/huren/woninghuurovereenkomst/toelichtende-bijlage-bij-de-huurovereenkomst.

     

    Jan Roodhooft, advocaat (www.ra-advocaten.be)

     

     

     

  • Hoe de efficiëntie van isolatiematerialen vergelijken?

    Door het koude weer ben je nu meer dan ooit vastbesloten om je huis beter te isoleren. Goed zo! Wist je trouwens dat je de efficiëntie van isolatiematerialen gemakkelijk met elkaar kan vergelijken?

    Er zijn veel verschillende isolatiematerialen, al dan niet natuurlijk. Ze hebben allemaal specifieke eigenschappen die ze min of meer geschikt maken voor het isolatiewerk dat je wilt uitvoeren: vloeren, muren, daken, enz. Maar hoe kies je tussen de verschillende materialen die geschikt zijn voor jouw situatie?

    Lambda

    De efficiëntie van isolatiemateriaal is eenvoudig na te gaan dankzij de zogenaamde lambda-waarde. Het symbool hiervan is λ is en de maateenheid wordt aangegeven in W/mK. De lambda-waarde geeft aan in welke mate een materiaal warmte geleidt. We hebben het over thermische geleidbaarheid.

    Minder is meer!

    Opgelet: hoe lager de lambda-waarde, hoe beter het materiaal isoleert! Dus als je bijvoorbeeld glaswol (0,04), cellulosewatten (0,038) en polyurethaan (0,022) met elkaar vergelijkt, weet je dat dit laatste het meest isolerend is.

    De dikte telt

    Dankzij de lambda-waarde kan je dus ook te weten komen hoe dik je materiaal moet zijn. In ons voorbeeld betekent dit dat er een dikkere glaswollaag moet worden aangebracht om hetzelfde isolatieniveau te bereiken als wanneer polyurethaan wordt gebruikt. Op die manier kan je dus ook vergelijken.

    “R” van veRfijning

    Om je keuze te verfijnen, komen de coëfficiënten “R” of “Rd” van pas. Rd geeft de isolatiewaarde van een materiaal aan in functie van zijn dikte. Het wordt berekend, in concrete termen, door de lambda van een materiaal te delen door de dikte ervan. Je kan dus twee isolerende producten van verschillende diktes (bijvoorbeeld een 10 cm dik polyurethaanpaneel met een rol glaswol van 18 cm) vergelijken op basis van hun R-coëfficiënten. Laatste belangrijke subtiliteit: in dit geval is het de hoogste R-waarde die de meest isolerende oplossing aangeeft!

  • Wasmachine-weetjes: “Wassen op 30 graden is verkeerd!”

    Goed voor het milieu, de portemonnee en je kleding: wasen op 30 graden wordt steeds populairder in België. Toch zijn artsen bezorgd. Sudpresse zocht uit waarom…

    Voor een ideale hygiëne is het niet geschikt: “Wassen op 30ºC, dan is het water niet heet genoeg om ziektekiemen op je kleding te doden. Dus als je ziek bent en vervolgens je kleren op een lage temperatuur wast, zijn de bacteriën niet weg”, legt een huisarts aan Sudpresse uit.

    Minstens op 60°C wassen!

    De universiteit van Aston in het Verenigd Koninkrijk heeft op haar beurt een onderzoek uitgevoerd om te waarschuwen voor dat ‘eco-wassen’: “De temperatuur moet ten minste 60ºC bereiken om ziektekiemen die verantwoordelijk zijn voor levensbedreigende ziekten te doden”…. Sudpresse geeft aan dat wassen op 40 graden met een product op basis van bleekwater ook volstaat.

    Voor zieke mensen, ouderen, zwangere vrouwen of zelfs baby’s is wassen op 30 graden sowieso te vermijden!

  • 3 tips voor een lagere stookoliefactuur

    Als het buiten koud is zoals nu, draait je verwarming wellicht op volle toeren. Dat kost geld. Gelukkig kennen we bij Immovlan.be enkele truukjes die ervoor zorgen dat je langer met de mazout in je ketel zal toekomen, een kwestie van de volgende bestelling nog even uit te kunnen stellen. Lees je mee?

    Er bestaan tal van manieren om energie en bijgevolg ook geld te besparen bij het verwarmen van je huis. Een ‘intelligente’ thermostaat installeren, is er daar één van, en natuurlijk moet je op tijd en stond je ketel laten onderhouden (of zelfs vervangen als deze erg oud is). In ieder geval moet je streven naar de ideale temperatuur voor elke kamer zonder daarvoor diep in de buidel te tasten. Of er nog zaken zijn die kunnen helpen? Zeker weten!

    1. Kies je moment

    Wanneer je een mazoutbestelling plaatst, kies je volledig zelf en als je het juiste moment afwacht, kan je kostbare euro’s besparen. Weet dat het systeem voor de berekening van de maximumprijs van stookolie in België onlangs werd gewijzigd. Deze wordt voortaan dagelijks in plaats van wekelijks aangepast. De evolutie hiervan kan je op het internet volgen.

    2. Speel concurrenten met elkaar uit

    Om van stookolieleverancier te veranderen, hoef je maar je telefoon erbij te nemen en een bestelling te plaatsen. Of je kan je huidige verdeler op de lagere prijzen van een concurrent wijzen en een betere deal afdwingen. Vraag vs aanbod!

    3. Vergeet de 2.000+ liter korting niet!

    Voor wie dit nog niet wist: een prijsverlaging is voorzien voor klanten die meer dan 2.000 liter stookolie in één keer bestellen. Het kan interessant zijn om hiervan te profiteren als de prijs van stookolie op een laag pitje staat. Ga desnoods over tot een groepsaankoop (met je buren bijvoorbeeld) om het voordelug te houden. Soms is die korting zelfs geldig indien de vrachtwagen twee leveringen van 1.000 liter in een enkele rit kan uitvoeren. Geld, geld, geld, da’s waar het allemaal om draait.

  • Moet je een brandverzekering afsluiten voor je huurhuis?

    Je huurt een woning waarin  je je hoofdverblijfplaats hebt. Ben je in dat geval verplicht om daar een brandverzekering voor af te sluiten? Moet je ook je inboedel tegen brand verzekeren? En ben je als eigenaar verplicht om een brandverzekering  aan te gaan voor een woning die je verhuurt?

    Een brand kan heel wat schade toebrengen aan een woning. Bovendien ontstaat er door de brand mogelijks ook nog schade aan naburige gebouwen. Uiteindelijk draait er iemand voor deze schade op. Dat kan zowel de huurder als de verhuurder zijn. Door een brandverzekering af te sluiten kan je je tegen dit risico verzekeren. Het is dan ook sowieso aangewezen om steeds zo’n verzekering af te sluiten ook al is dat wettelijk niet verplicht.

    De regels in Vlaanderen

    Het nieuwe Vlaamse huurdecreet bevat duidelijke verplichtingen omtrent het afsluiten van brandverzekeringen. Meer bepaald verplicht het decreet zowel huurders als verhuurders om zich voor brand- en waterschade aan het gebouw te verzekeren. Als huurder ben je integendeel niet verplicht om naast een verzekering voor het gebouw ook nog eens een brandverzekering voor je inboedel af te sluiten. Het is overigens noodzakelijk dat je verzekering alleszins zowel de brand- als waterschade dekt. Vraag dan ook aan je verzekeraar om zeker beide dekkingen in de polis te voorzien.

    In het huurcontract kan van die verplichtingen niet worden afgeweken. Het is dus niet mogelijk in de huurovereenkomst overeen te komen dat zo’n verzekering niet nodig is.

    Als je wil weten of je (ver-)huurder al dan niet zo’n verplichte verzekering afsloot, kan je hem om het bewijs daarvan vragen. Zo kan je bijvoorbeeld vragen dat hij je een bewijs van de premiebetaling voorlegt.  Krijg je hierop geen reactie of is je (ver-)huurder niet verzekerd, stuur dan een ingebrekestelling via een aangetekende brief. Helpt ook dat niet, dan kan je naar de vrederechter stappen. Je kan vragen dat de vrederechter je (ver-)huurder verplicht om zich te verzekeren onder verbeurte van een dwangsom. Je zou ook eventueel kunnen vragen dat de vrederechter de huurovereenkomst ontbindt.

    Wat met ‘oude’ contracten?

    Het nieuwe Vlaamse huurdecreet geldt maar voor huurcontracten die sinds 1 januari 2019 worden afgesloten. Huur of verhuur je een woning met een huurcontract dat voor deze datum was afgesloten, dan ben je wettelijk gezien niet verplicht om een brandverzekering af te sluiten.

    In het huurcontract dat je aanging kan wel een verplichting zijn opgenomen om je te verzekeren. Als je als verhuurder een krediet aanging om het huurhuis te kopen zal daarin ook allicht een verplichting opgenomen zijn om de woning tegen brand te verzekeren. Ben je eigenaar van een appartement dan is er wellicht een blokpolis waarin je verplicht moet bijdragen.

    Hoe zit het in Brussel?

    Voor huurwoningen die in het Brusselse gewest gelegen zijn bestaat er geen wettelijke verplichting om een brandverzekering af te sluiten. Daar gelden dezelfde regels dan diegene die voor oude huurcontracten in Vlaanderen gelden. Ook hier kan er dus in het huurcontract een clausule staan die de huurder en/of de verhuurder verplicht om zo’n brandverzekering af te sluiten. Bovendien kan je als eigenaar ook hier door je bank verplicht worden om je te verzekeren of moet je in een appartementsgebouw ‘meedoen’ met de blokpolis.

    En in Wallonië?

    In  Wallonië is volgens het nieuwe huurdecreet enkel de huurder wettelijk verplicht om een brandverzekering af te sluiten. Hij moet, tenzij anders wordt overeengekomen, deze verzekering afsluiten vóór de intrek in de woning. De huurder moet verder jaarlijks het bewijs leveren van de betaling van de premies. Doet de huurder dit niet, dan kan de verhuurder zijn brandverzekeraar vragen om een clausule van afstand van verhaal toe te voegen in zijn verzekeringscontract “woning”. Hij kan de kosten daarvan dan doorrekenen aan de huurder.

    Ook hier kan de verhuurder door de bank verplicht worden om zich te verzekeren of hij kan moeten ‘meedoen’ met een blokpolis.

     

    Jan Roodhooft, advocaat (www.ra-advocaten.be)

  • Elektrische inertieradiator: de ideale verwarming op elektriciteit?

    Na een opsomming van de voor- en nadelen van accumulatieradiatoren, concentreren we ons nu op de elektrische inertieradiator. Er bestaat veel verwarring tussen beide en dus kan er het één en ander worden rechtgetrokken. Bovendien profiteert de laatste soort van vernieuwende technologie.

    Cdiscount

    Het principe is min of meer vergelijkbaar: deze radiatoren accumuleren de energie die door een elektrische weerstand wordt geproduceerd en herverdelen deze vervolgens. Deze inertieradiatoren zijn onderverdeeld in twee categorieën: vloeibare of droge inertie.

    Vloeibare inertie

    Zoals de naam al doet vermoeden, bevat de vloeibare inertieradiator een vloeistof die voor de warmtestraling zorgt. Deze vloeistof is over het algemeen een olie (mineraal of plantaardig) die niet oververhit raakt. In sommige gevallen kan dit type verwarming onderhevig zijn aan lekken.

    Droge inertie

    Dans le cas des radiateurs à inertie sèche, ce sont généralement des pierres d’un type bien spécifique (volcanique, stéatite, ollaire…) qui font office d’accumulateur. Le radiateur en lui-même est conçu pour diffuser la chaleur de la manière la plus douce et homogène possible.

    Het verschil met accumulatieradiatoren?

    Hoewel het werkingsprincipe tussen deze twee radiatoren zeer gelijkaardig is, mogen ze niet worden verward. De inertieradiator is immers voorzien met veel recentere technologie, waardoor hij een veel voordeligere verhouding prestaties/afmetingen/gewicht geniet. Bovendien maakt de werking ervan een nauwkeurige temperatuurregeling in een ruimte mogelijk.

    Rekenen maar!

    In ieder geval, bereken eerst zorgvuldig het vermogen dat je nodig hebt, wetende dat een radiator met een vermogen van 1000 Watt een goed geïsoleerde ruimte van ongeveer 15 m² kan verwarmen. De prijzen liggen tussen € 200 en € 1000. In vergelijking met een traditionele elektrische verwarming ligt de rekening 20 tot 50% lager.

  • 5 alternatieven voor boren in de muur

    Een huurwoning waar je zorgvuldig mee wil omspringen. Of misschien wil je tijdelijk iets ophangen, maar wil je achteraf niet met gaten in je muur blijven zitten?

    Boren kan nuttig zijn, maar er zijn ook heel wat alternatieven. Wil jij geen gaten in de muur, maar wel iets ophangen? Bekijk dan de onderstaande mogelijkheden.

    1. Plakband, tape of klittenband

    Een voor de hand liggend alternatief. Je hebt geen gaten, maar het kan wel sporen achterlaten op je muur. Dubbelzijdige plakband kan voor lichte zaken echter wel een alternatief bieden voor boren. Voor zwaardere zaken zal je merken dat tape te snel loslaat. Bovendien kan het je verf of zelfs je stuclaag beschadigen. Bedenk dus goed wat je er mee van plan bent.

    2. Zelfklevende haakjes

    An sich houden deze goed, maar er kan zich hetzelfde probleem als bij plakband stellen. Het laat resten achter bij het verwijderen of je verf/behang komt mee. Deze haakjes kunnen je muur beschadigen, zodat oplapwerk achteraf nodig is.

    3. Zelfklevende poster tacks

    Zoals de naam het al zegt: dit kan dienen voor posters, maar voor zwaarder materiaal vormt het geen volwaardig alternatief. Voor je het weet donderen zwaardere voorwerpen op de grond en zit je met de brokken.

    4. Magnetische systemen

    Een magnetisch systeem werkt uitstekend, alleen zijn er in de praktijk niet veel muren geschikt om dit systeem op toe te passen. Vaak blijkt ook hier dat je schilderij of decoratiestuk te zwaar is om te blijven hangen.

    5. Bestaande haak

    Een bestaande haak met een koord aan bevestigd, is een laatste alternatief. Deze methode werkt bij lichtere items, maar schiet ook weer te kort als het wat zwaarder wordt.

    Tip

    Schilderij ophangen met flexibiliteit

    Door te kiezen voor een flexibel ophangsysteem hoef je maar één keer te boren, maar kun je je schilderij toch verplaatsen. Als je werkt met ophangrails, ophangdraden en/of -haken, boor je maar één keer bovenaan in de wand of het plafond, waarna je je schilderij steeds kunt verplaatsen. Zo blijven je muren bovendien onbeschadigd.