Auteur: mila

  • Mila: “Mijn tip om je bakstenen muur een tweede jeugd te geven!”

    Ik heb in mijn salon een stuk muur in baksteen. Echt mijn ding, maar ik moet toegeven dat ik er niet genoeg zorg voor draag. Nu zitten er zelfs witte vlekken op een groot stuk van de muur.

    In het jargon worden ze ‘uitbloeiingsvlekken’ genoemd. Dat is het resultaat van de afzetting van minerale deeltjes op het oppervlak van poreuze materialen. Het is als een zoutlaag die de baksteen wit kleurt.

    Ik haalde mijn borstel met harde (maar niet te harde) haren van stal en stofte de hele muur af. Sommige mensen geven de voorkeur aan een stofzuiger, maar dat vind ik te ingewikkeld: ik ben geen acrobaat en ook geen jongleur! Vervolgens ging ik nog een tweede en derde maal over de muur met een in azijn gedrenkte borstel. En tussen elke passage veegde ik de bakstenen muur nog eens af met een stuk keukenrol.

    Ik raad je ook aan om een stuk schuurpapier bij de hand te houden: ideaal om verraderlijke vlekken zoals inkt of verf te verwijderen. En als je de voegen in de muur wil bijwerken, borstel ze dan gewoon met een vochtige tandenborstel die je bestrooit met natriumbicarbonaat.

    Om de kleur van de bakstenen te herstellen, gebruik ik dan weer lijnolie en krantenpapier. Maak gewoon een grote prop van krantenpapier, drenk die in lijnolie (met een scheut terpentijn) en wrijf daarmee de muur in. Je kan het resultaat verder afwerken door meer lijnolie aan te brengen met een borstel. De bakstenen zullen weer zo goed als nieuw zijn: glanzende en schitterende bakstenen gegarandeerd!

    Natuurlijk zijn er ook andere trucjes en ideeën. Sommige mensen zweren bij sodakristallen (die ook gebruikt worden op bakstenen buitenmuren), detergent in poedervorm of potas. Anderen gaan dan weer voor een laagje vlekwerend product… Maar vermijd vooral te agressieve producten (zoals bleekwater) die ervoor kunnen zorgen dat het materiaal afbrokkelt of barst!

    We hebben niet alleen een baksteen in de maag, maar duidelijk ook in ons hart!

  • Mila: “Is je keuken te klein? Overweeg dan een hangmat voor groenten en fruit!”

    Mijn keuken is niet heel groot. En de oppervlakte van mijn aanrecht is zelfs ronduit minuscuul. Een snijplank naast de kookplaten en alle beschikbare ruimte is opgebruikt.

    Ik hoor je al denken dat het voordeel daarvan is dat ik alles netjes moet houden: je kan geen afwas, eten of wat dan ook laten rondslingeren. Maar ik ben dus voortdurend op zoek naar tips om ruimte te besparen. En onlangs zag ik een heel leuk accessoire dat ik meteen gekocht heb: een hangmatje om onder een kast of hangmeubel te bevestigen. Ideaal om groenten en fruit in te bewaren…

    Het enige wat je hoeft te doen, is 4 haken in de onderste houten plank van de kast bevestigen. De moeilijkheid? Ik moest me een in bochten wringen om tussen het kleine werkblad en de onderkant van de kast te geraken, en de boormachine recht omhoog positioneren was ook geen sinecure. Een haakje per hoek van de kast. Op gelijke afstand, uiteraard.

    Ik haakte de uitsparingen van het hangmatje in de haakjes, en klaar was Kees! Ik pakte de bananen en appels en schikte ze in het hangende net. Het resultaat was leuk. En het bespaarde een hoop ruimte: mijn grote fruitmand mag de deur uit. Perfect!

    Maar nu ik erover nadenk… Midden juli een hangmat ophangen in mijn huis en er niet eens in kunnen wegdromen, … dat is ook zuur!

  • Mila: “Worden je planten verorberd door insecten? Zo loste mijn grootmoeder dat op!”

    Ik hou van mooie groene planten  binnen. Het zorgt voor leven in huis. Ik zou me niet goed voelen in een interieur zonder planten. En ook al kijken de grote ramen van het salon uit op mijn tuin waar het een eeuwige kleurenpracht is, dan nog heb ik nood aan groen binnen.

    Maar mijn planten zijn niet blij. Ze vergaan altijd. En dat komt niet door een gebrek aan liefkozende woordjes. Ik zorg ook dat ze regelmatig water krijgen en genoeg licht hebben… Vorige week ontdekte ik tot mijn afgrijzen dat insecten hun intrek hadden genomen in mijn enorme yucca.  Altijd iets!

    Ik deed wat mijn grootmoeder mij geleerd had:

    • Ik plette twee lookbollen en mengde ze met een liter water.
    • Ik liet het mengsel een paar uur staan en voegde er vervolgens een flinke eetlepel zeep aan toe.
    • Ik goot het mengsel in een verstuiver.
    • Nadat ik het goed had geschud, vernevelde ik het op de het ongedierte. Elke ochtend en elke avond, 3 dagen lang. Maar het werkte helemaal niet. Grootmoeders advies vs insecten: 0-1.

    En toch was die zeep een goed idee! Het zou insecten verstikken… Dus zette ik door.

    Ik ging voor zwarte zeep. Die staat bekend als een uitstekend natuurlijk insecticide. Een liter warm water en een eetlepel vloeibare zwarte zeep. Ik voegde er ook nog een stevige scheut pepermuntolie aan toe. En mijn brouwsel was klaar.

    Ik kan het nog geen mirakel noemen, maar het lijkt erop dat de situatie echt verbetert. En dat maakt me blij! Wanneer ik de besmette delen van de plant besproei, lijk ik wel in oorlogsmodus. Dus misschien is het gewoon mijn hoofd dat ze verjaagt!

  • Mila: “2 gaten maken in de muur? Met deze eenvoudige tip boor je ze op de juiste afstand!”

    Neen, ik heb geen twee linkerhanden. En toch slaag ik er na meer dan 40 jaar nog altijd niet in om gaten in de muur op de juiste afstand van elkaar te boren. En dus hou ik het simpel: ik hang alleen kaders aan de muur met maar één bevestigingspunt. Één nagel of schroef, dat kan ik aan.

    Maar wanneer ik twee gaten moet boren voor twee bevestigingspunten, dan wordt het een drama. Als je de moeite zou doen om de grote kaders van de muren in mijn huis te halen, zou je het bloedbad zien dat erachter schuilgaat. Het is alsof iemand de muur gebruikt heeft om schietoefeningen te doen met een machinegeweer. Soms is het kader maar net groot genoeg om de schade te verbergen. En dus ik heb het idee om spiegels, foto’s en andere kaders met twee bevestigingspunten op te hangen al lang geleden laten varen.

    Maar onlangs was ik met mijn broer aan het babbelen terwijl hij zijn huis aan het decoreren was. En hij boorde twee gaten, precies waar ze moesten zitten. Een fluitje van een cent. Ik was verbluft. En des te verbaasder omdat zijn manier om dat te doen zo eenvoudig was, en ik er spijt van heb dat ik daar niet eerder aan had gedacht. Ik zal je uit je lijden verlossen en zijn wijsheid met je delen.

    Haal je rol tape boven en rol een stuk uit over de achterkant van het kader. Druk het aan zodat het goed hecht en prik dan met een potlood of schroevendraaier (of een ander scherp voorwerp) precies op de plek van de gaatjes of haakjes in de tape.

    Verwijder de tape en plak hem tegen de muur waar je het frame wil ophangen. De twee gaten zitten op de juiste plaats, je hoeft ze alleen maar op de muur te markeren met een potlood en de tape terug verwijderen. Het enige wat je dan nog moet doen is boren.

    Het leven is soms gek. Je kan je soms echt stom voelen. Vroeger haalde ik een meetlat tevoorschijn, ging aan het passen en meten, bijtend op mijn tong terwijl ik me in het zweet werkte, … om roepend en tierend van frustratie te eindigen. Ik zei niets tegen mijn broer: ik wilde niet dat hij het hoog in zijn bol zou krijgen. Maar toch bedankt!

  • Mila: “PVC inkijkbescherming, ken je dat? Het doet wonderen!”

    De buren hebben metalen grilles geplaatst, ter vervanging van de oude betonplaten die de geest gegeven hebben. Mooi. Maar ook raar, want we waren het gewoon dat we niets van elkaar zagen, terwijl we nu alles bloot geven. Dat is natuurlijk niet het einde van de wereld: ik heb niet de gewoonte om naakt te liggen zonnebaden in mijn ligzetel. Maar toch…

    Ik was dus blij toen ik zag dat de buurman de openingen in de afrastering begon op te vullen met PVC stroken ‘inkijkbescherming’. Ook hij wilde duidelijk zijn privacy terug. Een stuk voor de draad door, een stuk achter de draad, en dat over heel de breedte: ik dacht dat hij de ganse dag bezig zou zijn met het door de draad vlechten van de rollen plastic.

    Hij had gekozen voor bruine pvc met de look van hout: niet slecht. Ik weet dat er heel wat mogelijkheden zijn: rode of witte imitatiebakstenen, iets wat lijkt op natuurlijke en plantaardige vezels, … enzovoort. Er zijn ook rollen verkrijgbaar in effen kleuren: maar dan is het resultaat misschien saaier. Nu ja, dat is natuurlijk kwestie van smaak.

    Ik vond het resultaat erg mooi: de illusie was perfect. Ik moet wel toegeven dat ik in eerste instantie eerder sceptisch was: plastic is niet mijn ding. En ik was bang dat het er een beetje smakeloos uit zou zien. Maar dat bleek niet zo. Vanop afstand lijkt het echt op houten panelen. Ik ga hier en daar klimplanten laten groeien. Een aankleding met bloemen, dat maakt het geheel nog mooier.

    De prijs ligt rond de honderd euro voor dertig meter, en je vindt ze gemakkelijk in doe-het-zelfzaken of op de websites van discount-winkels.

    Het enige echte advies dat ik je kan geven is dat als je, net als mijn buurman, op het idee komt om je omheining te bekleden met deze ‘privacystrips’, je ervoor moet zorgen dat de hekken stevig verankerd zijn in de grond. Want als je de gaten tussen de schuttingdraden opvult, kan de wind er niet naar believen doorheen en heb je tien keer zoveel druk! Het zou zonde zijn als je werk letterlijk wegwaait…

  • Mila: “Een magisch schilderij om een ‘houteffect’ te geven aan je witte deuren!”

    Mijn buurman Jean-Paul is momenteel bezig met het renoveren van een klein huisje dat hij heeft gekocht. Natuur en ontspanning. Hij nodigde me uit om zijn pied-à-terre op het platteland te komen bekijken en dat kon ik niet weigeren, want hij verbaast me altijd. En een uitstapje naar de natuur, dat sla ik nooit af.

    Zac Gudakov

    Deze keer was ik verbaasd over de mooie schuifdeuren die hij had geïnstalleerd. Dat is ruimtebesparend én elegant! Hij legde me uit hoe hij dat had gedaan.

    Hij had witte deuren gekocht voor een prikje, klaar om te schilderen en zeer licht. Hij koos voor een licht okergele basis en zette een laag op de deuren. Al fluitend, natuurlijk. Vervolgens bracht hij een laag “Relook Hout” verf in “walnoot” kleur aan. Deze tint is zo natuurlijk dat ik dacht dat het echt hout was. Er zijn donkere en lichtere delen, waardoor het geheel zeer realistisch overkomt. Een echte tovenaar! Vervolgens liet hij ze op de speciaal aangeschafte rails glijden.

    Ik wist van het bestaan van deze schilderijen, maar ik had het resultaat nog nooit echt kunnen bewonderen. Dat is hierbij dus gebeurd!

    Maar hij verklapte nog een ander geheim: dit ‘houteffect’ kan je ook anders bekomen. Op een meer ambachtelijke manier. En zonder specifieke verf. Na het aanbrengen van de basislaag kan je het oppervlak ook instrijken met vloeibare was gemaakt voor de houtsoorten die je mooi vindt, zoals eik, beuk, enz…

    Met behulp van een grote borstel wordt de “antieke was” van boven naar onder op de deur gezet voordat hij weer ruw met een doek wordt afgeveegd. Dit zonder te wachten dat het te veel is opgedroogd! De beweging die met het doek wordt gemaakt, zal het materiaal willekeurig moduleren en alles wazig maken. Donkere en lichte gebieden zullen dan naast elkaar ontstaan op het oppervlak. Het zal nodig zijn om deze handeling een tweede keer te herhalen, na enkele uren drogen. En klaar is Kees.

    Een magische techniek dus, die echter veel meer tijd vergt dan het “houteffect” te schilderen.

    Jean-Paul moet de neef van Bob de Bouwer zijn. Hij weet nooit waar hij zijn tips en trucs vandaan heeft gehaald, maar hij weet altijd hoe het moet! Prachtig, niet?

  • Mila: “Mijn tip om je droge en harde verfborstels een nieuwe leven te geven!”

    Ik wilde van mijn verlof gebruikmaken om wat klusjes te doen in huis. Zo wilde ik onder andere een wand op het toilet op zolder schilderen. Een lek had de verf er beschadigd. De bepleistering had ik lang geleden al hersteld, maar nu moest ik er nog één of twee lagen witte verf op aanbrengen.

    Debby Hudson

    Maar helaas: toen ik in mijn werkplaats ging zoeken, moest ik de feiten onder ogen zien: ik kon geen enkele goede verfborstel vinden. Ik ben dan ook niet de koningin van het borstelschoonmaken. Maar ik kan je garanderen dat ik ze nooit wegleg zonder ze schoon te maken. Maar zelfs als ik grondig ben, blijft er vaak verf tussen de borstelharen zitten. Daardoor worden de punten hard en droog.

    Het is onmogelijk om te werken met penselen die niet flexibel zijn. En ik wilde ze niet weggooien: ik wilde mijn borstels terug zacht krijgen. En dus zorgde ik voor een soort schoonheidsmasker!

    Ook nu weer is witte azijn mijn bondgenoot. Doe een glas vol azijn in een oude steelpan en verwarm het. Als de azijn heet is, haal je hem van het vuur en steek je de gehavende borstels erin. Je mag ze er een dikke tien minuten in laten staan: het baden in de azijn zal ze goed doen. Het is gegarandeerd een verjongingskuur!

    Spoel de borstels daarna goed uit met proper water en laat ze drogen. Oké, ik geef het toe: omdat ik altijd gehaast ben, wrijf ik ze droog op een stuk keukenrol.

    Je zal het zien als je ze daarna gebruikt: ze krijgen een tweede leven! Zachter en soepeler, bijna zo goed als nieuw! Je zou erdoor bijna zelf in de pan willen springen!

  • Mila: “Ik heb nu een ongelooflijke lamp… één met een zout smaakje aan!”

    Ik zit in een periode waarin ik de dingen po-si-tief bekijk. En ik leg de nadruk op dat woord om ervoor te zorgen dat de boodschap luid en duidelijk overkomt. Daarom verzamel ik rond mij ook alles wat een positieve vibe geeft. Dat zorgde ervoor dat ik investeerde in een (grote en… zware!) lamp in roze zout.

    Je zal het met me eens zijn dat het iets magisch heeft: naar huis gaan met een lamp uit Himalayazoutkristal in je handen. Het geeft een goed gevoel. Je waant je een tovenaar of een sjamaan. Het moet gezegd dat de lamp een uitstekende reputatie heeft: hij elimineert de schadelijke stoffen die in de kamer circuleren en zuivert de lucht. Ideaal voor astmapatiënten en mensen met allergieën. Bye-bye stof, schimmel, vochtigheid en geuren. (Eigenlijk zou elk groot blok zeezout hetzelfde effect hebben: maar het is minder esthetisch om in de hoek van de woonkamer te zetten dan een roze exemplaar van Himalayazout).

    De lamp heeft ook de reputatie dat ze het energieniveau verbetert: de concentratie van negatieve ionen zou stress verlichten en de slaap verbeteren. En omdat ik ’s nachts bijna geen oog dicht doe tegenwoordig, aarzelde ik niet. Als ik rijk geweest zou zijn, had ik er drie dozijn gekocht, om de hele omtrek van mijn bed te versieren en me de kans te geven elke ochtend fris en monter wakker te worden.

    Ik geef toe dat ik een beetje naïef ben: ik geloof nog steeds in de amuletten uit de boeken die mij als kind werden voorgelezen. En waarom ook niet? Om ervoor te zorgen dat iets echt werkt, moet je er soms gewoon in geloven. En geeft toe dat de mooie oranje kleur en de look van deze ‘mysterieuze rots’ het gevoel van rust bevorderen. Het doet je verlangen naar stilte, zachtheid, kalmte. Zelfs meditatie. Het is niet voor niets dat deze lampen zo vaak te vinden zijn in wellnesscentra.

    Natuurlijk moet je oppassen dat je de lamp geen plaatsje geeft op je favoriete houten meubilair. Althans niet zonder het te beschermen. Want er staat wel eens een plasje onder de lamp! Zout lost op in water en dat kan al eens gebeuren als het binnen in huis te vochtig is. Dan moet je de lamp gewoon even afvegen met een zachte doek.

    Hoe dan ook, ik heb nu een ongelooflijke lamp… die mijn leven wat kruiding geeft!

  • Mila: “Wasgoed dat rondslingert? Dit is mijn oplossing!”

    Dankzij mijn tieners in huis stapelt het wasgoed zich op. Ik was, wij wassen, zij wassen… en ik amuseer met het sorteren van propere was om ervoor te zorgen dat het in de juiste kamer terechtkomt. Ze zijn op een leeftijd waarbij ze ongeveer dezelfde maat hebben, hetzelfde soort kleren en dezelfde kleuren. Een kat zou er zijn jongen niet in terugvinden…

    Maar ik denk dat ik eindelijk de truc heb gevonden om iedereen meer verantwoordelijk te maken voor de was en de kleren sneller in de juiste kasten te krijgen. Om te beginnen kocht ik vier rechthoekige plastic wasmanden in verschillende kleuren. En ik zorgde manden met brede randen, voor een goede grip. Vervolgens bouwde ik een structuur waarmee ik ze kon wegbergen om ons op die manier beter te kunnen organiseren.

    Ik bevestigde een eerste dubbel geperforeerde rail, waarin beugels passen, aan de muur van het washok. Verticaal langs de deuropening, en dat met een hoogte van meer dan 2 meter. Je kan natuurlijk ook kiezen voor een houten structuur. De witte rails werden met schroeven in de muur bevestigd, waarbij ik alles op voorhand goed had uitgemeten om op die manier exact genoeg ruimte te maken zodat de manden er precies tussen passen. De rechterrand van de mand moest perfect aansluiten op de eerste rail. De linkerrand van de mand moest precies op de breedte van de tweede rail terechtkomen.

    Toen de tweede witte rail aan de muur bevestigd was, begon ik de beugels te monteren. Ik koos beugels met een versterkte hoek en een goede lengte: 330 x 500 mm. Ik zorgde er ook voor dat de breedte van de beugel zo smal mogelijk was. Vervolgens bevestigde ik ze stevig, per twee, met de hoogte van een mand plus nog eens 20 cm ertussen.

    Mijn schuifrek was klaar, zonder latten die de twee verticale rails met elkaar verbinden. Ik moest enkel nog de 3 manden op de witte beugels te schuiven. Gewoon de mand bij de handvatten vastpakken en de stijve randen van de mand op de stevige beugels zetten.

    Ik ben van plan om dezelfde plank te maken in de gang naast de badkamer. Zo heeft iedereen zijn eigen mand: ze kunnen hem stelselmatig vullen, hem meenemen naar het washok om alles te wassen, en dan de schone kleren erin doen voor ze naar boven gaan. Geen verloren T-shirts meer in de verkeerde kamer en geen ruzie meer over hetzelfde paar witte sokken!

  • Mila: “Moet je echt je lichtarmaturen op elkaar afstemmen?”

    Onlangs ging ik eten in een restaurant waar ik nog niet eerder geweest was. En ik was dan wel blij met wat er op mijn bord lag, ik was vooral ook fan van wat ze gedaan hadden met het plafond: balken, en ook overal hang- en plafondlampen.

    Patrick Tomasso

    Ik mag dan wel op veel vlakken eerder origineel uit de hoek komen, ik geef toe dat ik vaak ook nogal klassiek ben. Een plafond? Één lichtpunt. Maar wat was het aangenaam hier, die verschillende lichtbronnen die tussen de donkere houten balken kwamen piepen.

    Ik telde twaalf hanglampen in de kamer. Allemaal verschillend. De materialen, de vormen, de grootte, het aantal lampen… Hier lamp met zwarte kabels met daaraan gouden bollen. Daar een hanglamp van gevlochten rotan met daarin één enkel rond peertje. En daar dan weer een kristallen luster met middenin een zwarte lamp. Of nog een klokvormige hanglamp van transparant glas en goudkleurig metaal…

    Om de twee balken was er een armatuur tegen het witte plafond gemonteerd. Dat was de enige regelmaat: de ruimtes tussen de lampen. Ik denk dat je over een ruime kamer moet beschikken om dat mooie effect te krijgen. In mijn huis zou het, ook al zijn de kamers groot, een beetje rommelig zijn. En je zou ook verstrikt raken in de vele hanglampen: de plafonds zijn niet hoog genoeg.

    Kortom, een heel schattig en charmant idee om weg te dromen op plaatsen waar feest en magie elkaar ontmoeten! Niets meer of minder dan een briljant idee!