Niet alle houtblokken zijn gelijk! Sommige warmen je avonden op, andere zijn er vooral voor de show. We zetten de essentiële houtsoorten in de kijker.
De zwaargewichten van de verwarming
Als je kiest voor eik, haagbeuk, beuk, es, iep of esdoorn, dan speel je in de ‘Champions League’ van de houtsoorten. Deze zogenaamde ‘harde’ houtsoorten leveren ongeveer 2.000 kWh/m³ op. Ze branden traag, zorgen voor een langdurige warmte en creëren gezellige avonden zonder om de 15 minuten houtblokken te moeten bijvullen. Ook kastanje, acacia en fruitbomen zijn het vermelden waard: met ongeveer 1.700 kWh/m³ bieden ze een goed evenwicht tussen warmte en beschikbaarheid.
Houtsoorten om met mate te gebruiken
Naaldhout zoals den, spar of fijnspar? Ideaal om het vuur aan te steken, maar minder geschikt om de hele avond door te komen. Ze branden snel op, geven minder warmte en laten vaak een kleverige aanslag achter in het rookkanaal. Hetzelfde geldt voor sommige zachte loofbomen, zoals populier of berk.
Vocht: de onzichtbare vijand
Het geheim van een goed vuur zit hem niet alleen in de houtsoort, maar ook in het vochtgehalte. Te nat hout verspilt energie aan… drogen in je kachel. Dat vervuilt je stookinstallatie en verwarmt nauwelijks. De gouden regel? Streef naar een vochtgehalte van minder dan 23%. Hoe je dat weet zonder een vochtmeter aan te schaffen? Als het hout barstjes heeft, geurloos is, de schors makkelijk loslaat en een helder geluid maakt als je er ergens mee tegen slaat, zit je waarschijnlijk goed!
En de alternatieven?
Geperste houtblokken winnen aan populariteit. Ze worden gemaakt van samengeperst zaagsel en hebben een uitzonderlijk hoog calorisch vermogen, soms meer dan 5 kWh/kg. Toegegeven, de meningen zijn nog steeds verdeeld, maar het is wel een prima tijdelijke oplossing om de temperatuur snel te verhogen.